Aansluiting voor ondergrondse behuizing
Soms is een aansluiting en behuizing onder de grond wenselijk. In verband met de veiligheid of omdat het gewoon praktischer is. Denk bijvoorbeeld aan markten en evenementen. Voor die situaties bieden wij een zogenaamde ‘ondergrondse behuizing’ aan. Op deze pagina leest u welke voorwaarden en richtlijnen hiervoor gelden.
Aansluiting voor een ondergrondse behuizing aanvragen
De aanvraag voor een aansluiting voor een ondergrondse behuizing doet u via mijnaansluiting.nl. Volg bij het doen van uw aanvraag de volgende stappen:
- Kies bij de vraag ‘Waarvoor wilt u de aanvraag doen?’ voor de optie ‘Anders’.
- Kies bij het soort object nogmaals voor de optie ‘Anders’.
- Licht die keuze toe in het veld ‘Aanvullende locatiegegevens’. Hier vult u in dat het om een ondergrondse behuizing gaat.
Opties behuizing
Neem eerst contact op met een leverancier van ondergrondse behuizingen om de behuizing zelf aan te vragen. Let op: Wij kunnen niet voor alle typen behuizingen een aansluiting realiseren. Hou hier rekening mee bij het kiezen van het type behuizing. In het overzicht hieronder ziet u wat wel en niet mogelijk is.
Type behuizing | Uitvoering | Toegestaan |
Markt | Basis en groot | Ja |
Evenement | Basis en groot | Ja |
Regeltechniek | Basis, groot, 2-modulair en 3-modulair | Ja |
kWh-meter | n.v.t. | Ja |
Contactdoos | n.v.t. | Nee |
Verlichting | n.v.t. | Nee |
Richtlijnen voor plaatsing
Grond
Ondergrondse behuizingen mogen niet worden geplaatst op plekken:
- met zakkende grond (bijv. veengrond);
- met continu hoog grondwater. De vuistregel is gemiddeld 100 cm onder maaiveld: dit is de buffer die nodig is om grondwater af te voeren.
Locatie
De leverancier van de ondergrondse behuizing stemt de precieze locatie met u af. De afstand van de ondergrondse behuizing tot de weg moet minimaal 1 meter zijn en ondergrondse behuizingen mogen nooit op het riool worden aangesloten. Verder kunnen ondergrondse behuizingen niet worden geplaatst:
- op het laagste punt in de omgeving;
- in de rijbaan van wegen;
- in een parkeervak;
- in de op- en afritten van parkeervakken;
- in de rijbaan naar parkeervakken;
- in de buurt van een hemelwaterafvoer.
De aanvrager moet zelf aan kunnen tonen dat de aanvraag voldoet aan bovenstaande voorwaarden. U kunt dat eventueel controleren via de Klimaateffectatlas.
In de praktijk
Toegang
Heeft de behuizing één gezamenlijk (voor de eigenaar en de netbeheerder) toegangsdeksel? Dan komt daar een slot op van de eigenaar. Dat betekent dat Enexis Netbeheer geen vrije toegang tot de behuizing heeft.
Elektrische installatie
De elektrische installatie bestaat uit een gereguleerd en een niet-gereguleerd gedeelte. Het gereguleerde gedeelte voldoet aan de eisen van Enexis Netbeheer. Het niet-gereguleerde gedeelte voldoet aan NEN1010.
Aarding
De klant is zelf verantwoordelijk om de installatie te voorzien van aarding door middel van een eigen aardelektrode. Alle metalen delen van de installatie moeten verbonden zijn met dit aardpunt. Het is toegestaan om deze aardelektrode te koppelen met aarding van Enexis Netbeheer.
Let op: Als een installatie niet voldoet aan bovenstaande voorwaarden dan mogen wij de installatie niet aansluiten of moeten we deze weer afsluiten.
Goed om te weten
Toegang
Enexis Netbeheer heeft nooit toegang tot de ondergrondse aansluiting. Dat betekent dat we ook nooit de verantwoordelijkheid hebben om toegang te verkrijgen tot de installatie. De klant moet altijd aanwezig zijn om toegang te verlenen in geval van onderhoud of storingen.
Uitlezen Slimme meter
Als de slimme meter in de ondergrondse behuizing geen of slecht bereik heeft dan kunnen de meterstanden niet automatisch worden uitgelezen. De klant is dan zelf verantwoordelijk voor het doorgeven van zijn meterstand. U krijgt hier vanzelf bericht over.
Storing of defect
Omdat Enexis Netbeheer zelf geen toegang heeft tot de ondergrondse aansluiting, opent de monteur de behuizing altijd samen met de klant. Wanneer blijkt dat behuizing niet veilig kan worden geopend, bijvoorbeeld vanwege een te hoge grondwaterstand of een mechanisch defect, dan handelt de monteur zoals bij een reguliere aansluiting. Dat betekent dat de monteur de aansluitkabel afkoppelt en afsluit.